Ecologische inpassing Kolenspoor

Klant: Provinciaal Natuurcentrum Limburg
Periode uitvoering: 2021-2022

Het Kolenspoor vormde ooit de ruggengraat van de mijnindustrie. De 70 km lange spoorverbinding loopt als een rode draad door Midden-Limburg en verbindt Leopoldsburg met Maaseik. Het traject van het Kolenspoor is geselecteerd als fietssnelweg F75 maar is momenteel slechts gedeeltelijk befietsbaar. Het Kolenspoor verbindt diverse landschappen met unieke natuurwaarden en heeft daarmee een hoog potentieel als landschappelijke en ecologische verbinding en als een fietstraject met hoge belevingswaarde. Bij de realisatie van de fietssnelweg is het dan ook essentieel dat deze unieke waarden en potenties mee in rekening worden genomen.

In opdracht van het Provinciaal Natuurcentrum Limburg voerde Landmax een ecologische studie uit die de verkeerstechnische oplossingen in de uitvoeringsstudie ter realisatie van de fietssnelweg F75 moet voeden. Deze studie had tot doel om te onderzoeken welke maatregelen wenselijk zijn bij de heraanleg van het Kolenspoor tot fietssnelweg om de ecologische functie te versterken, de ecologische inpassing ervan te optimaliseren en geen afbreuk te doen aan aanwezige natuurwaarden.

Op macroschaal werd onderzocht op welke manier het Kolenspoor als verbinding kan fungeren tussen grote landschappelijke entiteiten. Om het ecologisch functioneren op mesoschaal te begrijpen en gepaste maatregelen te kunnen voorstellen, werd gebruik gemaakt van ecoprofielen (opgesteld door het Provinciaal Natuurcentrum en verwerkt door Landmax). Deze ecoprofielen worden gebaseerd op groepen soorten die een gelijkaardig habitat gebruiken of nodig hebben. In de studie werd vervolgens per ecoprofiel gekeken welke doelsoorten relevant zijn en welke ontwerprichtlijnen i.f.v. deze doelsoorten meegenomen moeten worden bij het ontwerp op microschaal.

Finaal werden op microschaal concrete ontwerprichtlijnen voor het volledige traject uitgewerkt:

  • Het Kolenspoor / F75 als een lineaire verbinding = corridorfunctie. Hierbij werd voor het volledige tracé van het Kolenspoor bekeken welke invulling van de bermen / zones langs het Kolenspoor optimaal zou zijn om de corridorfunctie te vervullen.
  • Ecologische verbindingen die het Kolenspoor kruisen en waarvoor maatregelen nodig zijn om dit mogelijk te maken. Afhankelijk van de specifieke doelsoorten en de karakteristieken op het terrein wordt hier een aanbeveling gedaan omtrent de te voorziene faunapassages: kleine faunatunnel, ecoduct, amfibieëntunnel, herpetoduct …
  • Kruisingen van het Kolenspoor met wegen en eventuele gewenste maatregelen i.f.v. de ecologische connectiviteit op deze locaties.
Written by admin